Onderzoeksprogramma 'Rechten, vrijheden en beginselen in de Arubaanse context'

Permanent URI for this collection

(A PDF document of this text is available at the bottom of this page)

Dit onderzoeksprogramma is tot stand gekomen naar aanleiding van de eerdere vaststelling van de onderzoeksvisie van de Faculteit in mei 2024. In de komende vijf jaar wordt via dit programma richting en sturing gegeven aan het juridisch onderzoek dat wordt verricht aan de Faculteit der Rechtsgeleerdheid van de Universiteit van Aruba. Met dit programma wordt tevens een brug geslagen naar het onderwijs dat wordt verzorgd aan de faculteit. Het maatschappelijk doel ervan is bij te dragen aan het verduidelijken en het desgewenst oplossen van hedendaagse vraagstukken met een juridische component die spelen in en met betrekking tot de Arubaanse samenleving.

1. De democratische rechtsstaat

Al een aantal jaar wordt gesignaleerd dat de democratische rechtsstaat wereldwijd onder druk staat.1 Fundamentele rechten, beginselen en vrijheden zijn binnen die democratische rechtsstaat van groot belang en ook in Aruba kunnen op dat gebied vragen spelen. Het onderzoek van de faculteit is daarom gecentreerd rond het thema “Rechten, vrijheden en beginselen in de Arubaanse context’.

De democratische rechtsstaat bestaat uit verschillende elementen.2 De rechtsstaat omvat als element de aspecten legaliteit, rechtszekerheid, voorkomen van misbruik van bevoegdheid en toegang tot het recht, waaronder toegang tot de rechter.3 Bij democratie draait het om de wijze waarop de burger invloed uit kan oefenen op wie bestuurt en op welke wijze dat wordt gedaan. Gelijkheid en non-discriminatie spelen daarin een belangrijke rol. Het verwezenlijken van fundamentele rechten, vrijheden en beginselen is daarmee onderdeel van een democratische rechtsstaat. Tegelijkertijd stellen die rechten, vrijheden en beginselen ook grenzen aan de democratische rechtsstaat. Daarbij kan worden gedacht aan de ‘eenieder verbindende’ burgerlijke en politieke rechten zoals de vrijheid van meningsuiting, vrijheid van religie, het recht op privé- en familieleven, het kiesrecht, het recht op een eerlijk proces (in het civiel en strafrecht), en het recht op non-discriminatie. Fundamentele rechten en vrijheden omvatten ook allerlei rechten met een meer economisch, sociaal of cultureel karakter. Denk aan de rechten op arbeid, op een behoorlijke levensstandaard, op lichamelijke en geestelijke gezondheid, op kwalitatief onderwijs, e.d. Hoe deze rechten, vrijheden en beginselen uiteindelijk gewaarborgd en verwezenlijkt (moeten) worden door de overheid staat of valt met deugdelijk bestuur. De invulling van bijvoorbeeld de algemene beginselen van behoorlijk bestuur spelen daarin een grote rol.

Het speelveld van de fundamentele rechten is volop in beweging, ook in Aruba. Zo roepen ontwikkelingen op het gebied van digitalisering vragen op omtrent de bescherming van privacy en persoonlijke gegevens, maar ook over digitale geletterdheid en het waarborgen van toegang tot de voordelen van een digitaliserende samenleving voor meer kwetsbare burgers. Verder roepen de thema’s ‘klimaatontwikkeling’ en ‘duurzaamheid’ allerlei nieuwe juridische onderzoeksvragen op. Bijvoorbeeld de vragen hoe het (mensen)recht op een schoon, gezond en duurzaam leefmilieu er in de praktijk uitziet, hoe een eerlijke en rechtvaardige verdeling van de lusten en lasten van de energietransitie kan worden bereikt, en wat de gevolgen zijn van klimaatveranderingen en de daarmee gepaard gaande klimaatmigratie voor (kleine) eilandgemeenschappen. Ten slotte spelen fundamentele rechten ook binnen het privaatrecht een steeds nadrukkelijker rol, bijvoorbeeld in het personen- en familierecht of bij de bescherming van de kwetsbare of zwakkere partijen, zoals consumenten, werknemers en huurders.

Een onderwerp binnen dit kader dat veel aandacht verdient, krijgt en naar onze verwachting zal blijven krijgen de komende jaren, is het (koloniale) verleden en de doorwerking hiervan in de huidige tijd. De autonomie van de Caribische eilanden, gelijkheid en rechtvaardigheid en een bredere problematiek van structurele ongelijkheden spelen daarin een belangrijke rol. Er is daarom gekozen voor een specifieke onderzoeksvraag daaromtrent.

2. De onderzoeksvragen

In het licht van de waarden van de democratische rechtsstaat leiden de hierboven genoemde vragen en vraagstukken tot de formulering van de volgende onderzoeksvragen:

1. Op welke wijze verlenen de fundamentele rechten, beginselen en vrijheden in de Arubaanse rechtsorde bescherming aan burgers in hun verhouding met het Land, het Koninkrijk en de internationale gemeenschap en in privaatrechtelijke verhoudingen?

2. Op welke wijze kan invulling worden gegeven aan deugdelijk bestuur in de Arubaanse democratische rechtsstaat?

3. Hoe beïnvloeden het slavernij- en koloniaal verleden de huidige verhoudingen tussen de landen, de rechtsontwikkeling en de samenleving(en) binnen het Koninkrijk gelet op de fundamentele rechten en beginselen van gelijkheid en rechtvaardigheid?

3. De Arubaanse en Caribische context

Het onderzoeken van het functioneren en borgen van de democratische rechtsstaat en de fundamentele vrijheden in Aruba kan niet los gezien worden van de Arubaanse en daarmee ook Caribische context waarin het (ei)land zich bevindt. Onder de Caribische context wordt uiteraard de Arubaanse context verstaan. Het zijn van wat eerder wel betiteld is als ‘small island jurisdiction’ brengt een aantal eigen en soms unieke eigenschappen met zich mee. Bijvoorbeeld korte lijntjes tussen overheid en burger of het bedrijfsleven. Dat heeft als mogelijk negatief gevolg dat zaken, ook overheidsaangelegenheden, door de kleinschaligheid privé en zakelijk door elkaar kunnen lopen. Onderzoek naar de democratische rechtsstaat kan en moet daarom in deze context geplaatst worden. En hoewel Aruba zijn eigen democratische rechtsstaat vormt, staat Aruba niet op zichzelf.

Het land is onderdeel van het Koninkrijk der Nederlanden en zeker wanneer het gaat over de inrichting van de democratische rechtsstaat en de waarborging van fundamentele rechten speelt het Koninkrijk en de positie van Aruba daarbinnen een grote rol. Doordat Nederland tegelijkertijd onderdeel is van de Europese Unie, bestaat er ook een bijzondere relatie en dynamiek tussen Nederland, de EU en Aruba. De positie van Aruba is daardoor wereldwijd bijzonder en verdient specifieke aandacht.

Natuurlijk zijn wat betreft de context voor Aruba ook omringende landen en eilanden, hierin inbegrepen de andere Caribische eilanden van het Koninkrijk, van belang. Onderzoek in de Caribische context betekent ook dat naar geografisch (en daardoor ook sociaal en cultureel) dichtbij liggende jurisdicties kan worden gekeken. In dat verband zijn ook de relaties met regionale organisaties van belang, zoals de Caricom, de Parlatino en de OAS. De Arubaanse rechtsorde als deel van het Caribisch gebied wordt ten slotte ook beïnvloed door internationale rechtsordes en relaties met internationale organisaties zoals de VN. De Caribische context is niet enkel interessant omdat (op punten) gedeeld wordt in normen en waarden, maar ook juist omdat Aruba zich vanuit economisch perspectief gezien probeert te onderscheiden. Het land tracht zichzelf, door voor andere juridische regels te kiezen, een concurrerende positie te verschaffen. Rechtsvergelijking is dan zeer relevant.

Kortom, deze context dient telkens in ogenschouw te worden genomen bij het uitvoeren van onderzoek.

4. Praktische kanten van het onderzoeksprogramma

Het onderhavig onderzoeksprogramma heeft een looptijd van vijf jaar, aanvangend in het academisch jaar 2024-2025. Deze termijn zorgt ervoor dat het programma actueel is en blijft, maar ook dat er voldoende tijd bestaat om gedegen en voldoende onderzoek uit te voeren. Alleen dan kan er daadwerkelijk een maatschappelijke bijdrage worden geleverd op het thema. Twee maal per jaar wordt de voortgang van het programma besproken binnen de faculteit; het streven is dat twee derde van al het onderzoek aan de faculteit onder het programma valt. Indien de onderzoeksoutput ver achter blijft bij dit streven, kan de faculteit sturend optreden. Na afloop van de volledige termijn wordt geëvalueerd wat het onderzoeksprogramma heeft bijgedragen en welke maatschappelijke impact is gemaakt.

Alle wetenschappelijk medewerkers van de faculteit kunnen aan het programma meewerken. Medewerkers worden gestimuleerd onderzoek te verrichten dat past bij een van de onderzoeksvragen. Ook de aan de faculteit verbonden gastdocenten en studenten kunnen (eventueel gezamenlijk met de vaste medewerkers) een bijdrage leveren. Omdat de onderzoeksvragen veelomvattend en meerdimensionaal zijn, wordt het doen van gezamenlijk onderzoek gestimuleerd.

5. Samenwerkingen met andere partijen

Veel maatschappelijke vraagstukken die vanuit verschillende sociaalwetenschappelijke perspectieven kunnen worden onderzocht, hebben tevens een juridische kant. Dit biedt onderzoekers veel mogelijkheden voor inter- en multidisciplinair onderzoek binnen en buiten de universiteit, wat kan bijdragen aan maatschappelijk relevant onderzoek. Naast het intensiveren van bestaande, al dan niet formele, samenwerkingen met zusterfaculteiten binnen het Koninkrijk (zoals in Curaçao, Maastricht, Rotterdam en Groningen), is brede samenwerking daarom essentieel.

Onderzoekers worden daarom aangespoord om samenwerkingen na te streven met andere universiteiten en onderzoeksinstellingen binnen het Koninkrijk, de regio en internationaal. Gezien de kleinschaligheid van de faculteit en de beperkte onderzoekscapaciteit biedt samenwerking via bijvoorbeeld consortia, co-auteurschap, uitwisselingsprogramma’s en deelname aan (internationale) onderzoeksnetwerken (bijvoorbeeld onderzoekscholen, Netherlands Network of Human Rights, het Sectorplan Rechtsgeleerdheid) aanzienlijke voordelen. Dit omvat in het bijzonder het opdoen van praktijkkennis, het opbouwen van onderzoeksnetwerken en het versterken van de positie van onderzoekers als experts binnen hun vakgebied. Daarnaast biedt samenwerking onderzoekers toegang tot unieke (kwalitatieve) data en diverse databronnen, wat multidisciplinair en maatschappelijk relevant onderzoek bevordert en de verbinding met de samenleving versterkt.

Onderzoekers worden ook aangemoedigd om relevante stakeholders op nationaal, Koninkrijks- en internationaal niveau, zoals overheden (bijvoorbeeld het Land Aruba, het Arubaans parlement, OCW e.d.), NGO’s en internationale organisaties, te betrekken bij en in onderzoeksprojecten. Dit stelt de faculteit in staat om een belangrijke bijdrage te leveren aan het onderzoeken en mogelijk bijdragen aan het oplossen van relevante vraagstukken binnen de Arubaanse samenleving en op Koninkrijksniveau.

Bronnenlijst

Brooks & Day 2024

E. Brooks & J. Day, ‘In the EU, continued rule of law backsliding keeps weakening our democracies’, Euroviews, euronews.com, 18 maart 2024, https://www.euronews.com/my-europe/2024/03/18/in-the-eu-continuedrule-of-law-backsliding-keeps-weakening-our-democracies.

Scheppele & Pech 2018

K.L. Scheppele & L. Pech, ‘What is Rule of Law Backsliding?’, Verfassungsblog on matters constitutional, 2 maart 2018, https://verfassungsblog.de/what-is-rule-of-law-backsliding/.

WJP 2023

WJP, ‘The World Justice Project Rule of Law Index 2023’, Washington, DC, World Justice Project 2023, https://worldjusticeproject.org/rule-of-law-index/downloads/WJPIndex2023.pdf.

Browse

Recent Submissions